Een aangifte van nalatenschap indienen

Wanneer u erft, moet u belasting betalen (successierechten of erfbelasting). Om te weten hoeveel precies, moet u een zogenaamde aangifte van nalatenschap indienen. Daarop geeft u aan wat u geërfd hebt. Als de overledene in Brussel of Wallonië woonde, moet u die aangifte indienen bij de FOD Financiën. Als de overledene in Vlaanderen woonde, moet u ze indienen bij de Vlaamse Belastingdienst.
  • Aangifte

    Erfgenamen mogen de aangifte zelf invullen en indienen, maar door de ingewikkelde regels vragen velen de hulp van een expert, zoals een notaris. U kunt informatie krijgen over de wettelijke vereisten van de bevoegde dienst bij de FOD Financiën, maar zij mogen niet helpen met het invullen van de aangifte zelf.

    Meestal krijgt u als erfgenaam een aangifteformulier opgestuurd. Maar let op: zelfs als u geen formulier hebt gekregen, moet u mogelijk een aangifte doen. U kunt het formulier dan downloaden op onze website.

    Of u een aangifte van nalatenschap moet indienen, hangt af van de situatie:

    • Als de overledene in België woonde, moeten de erfgenamen en de algemene legatarissen een aangifte van nalatenschap indienen. 
    • Als de overledene in het buitenland woonde, maar u erft wel onroerende goederen die in België liggen, dan moet u ook een aangifte van nalatenschap indienen. 

    Als de overledene in Brussel of Wallonië woonde, moet u die aangifte indienen bij de FOD Financiën. Als de overledene in Vlaanderen woonde, moet u ze indienen bij de Vlaamse Belastingdienst.

    In de aangifte moet u alle gegevens opnemen die nodig zijn voor de berekening van de successierechten, zoals de juiste samenstelling van de nalatenschap, de waarde van de goederen, wie wat krijgt uit de nalatenschap. 

    1. Kies het juiste formulier.

      U hebt twee keuzes:

      • een blanco aangifteformulier (formulier 187)
      • een aangifteformulier met leidraad (formulier 187L)

      Nummer de pagina’s en geef onderaan de laatste pagina aan hoeveel pagina’s de aangifte bevat: ‘Deze aangifte bevat … pagina’s.’

      De overledene woonde in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest

      De overledene woonde in het Waals Gewest

      Overlijdens die plaatsvinden tot 31.12.2021
      Overlijdens die plaatsvinden vanaf 01.01.2022

      De overledene woonde in het buitenland

    2. Vul het formulier aan met de gegevens van de betrokken partijen.

      De aangevers (ondergetekenden)

      Voor de aangifte van nalatenschap kunnen er meerdere aangevers zijn, maar iedereen mag ook afzonderlijk een eigen aangifte opstellen. Elke aangever moet de aangifte van nalatenschap ondertekenen. 

      Vermeld de volgende gegevens:

      • voornamen
      • naam
      • rijksregisternummer (of als u geen rijksregisternummer hebt woonplaats, geboorteplaats en geboortedatum)
      • relatie tot de overledene

      Als u getrouwd bent, vermeld dan ook de voornamen en naam van uw partner.

      De overleden persoon

      Vermeld de volgende gegevens van de persoon die overleden is:

      • voornamen
      • naam
      • beroep
      • domicilie
      • geboorteplaats
      • geboortedatum
      • plaats van overlijden
      • datum van overlijden

      Als de overledene een inwoner van België was, vermeldt u elke fiscale woonplaats van de overledene in de periode van vijf jaar voor het overlijden. Geef voor elke fiscale woonplaats het adres, de datum en de duur.

      De uitgesloten erfgenamen

      Als de overledene erfgenamen uitgesloten heeft in een testament of ander contract, vermeld dan de identiteit van die uitgesloten erfgenamen in de aangifte.

      De erfgenamen, legatarissen of begunstigden

      Vermeld de volgende gegevens:

      • voornamen
      • naam
      • rijksregisternummer
      • wat iedere erfgenaam, legataris of begunstigde krijgt uit de erfenis

      De keuze van een correspondentieadres

      De erfgenamen, legatarissen en begunstigden kiezen één adres waar we alle brieven naartoe sturen.

    3. Vul het formulier aan met de gegevens over de goederen.

      De schenking onder de levenden

      Geef aan of de overledene binnen een bepaalde periode voor het overlijden schenkingen heeft gedaan aan erfgenamen, legatarissen of andere begunstigden:

      • Binnen de drie jaar voor het overlijden als de overleden persoon een fiscaal inwoner van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest was.
      • Binnen de vijf jaar voor het overlijden als de overleden persoon een fiscaal inwoner van het Waals Gewest was.

      Geef voor een schenking ook aan:

      • wie de ontvanger van de schenking was,
      • wat het bedrag was van de schenking,
      • of er schenkingsrechten zijn betaald. 

      Deze regel is ook van toepassing als de schenking werd gedaan onder een opschortende voorwaarde die vervuld werd door het overlijden van de schenker, ongeacht de datum van de akte. 

      Het vruchtgebruik

      Geef aan of de overledene het vruchtgebruik van goederen of met fideï-commis bezwaarde goederen had. Is dat zo? Vermeld dan de goederen en de personen die tot het genot van de volle eigendom gekomen zijn of voordeel getrokken hebben uit het fideï-commis door het overlijden.

      De huisraad of inboedel

      Als de overledene roerende goederen nalaat, geef dan aan of die wel of niet verzekerd waren tegen brand, diefstal of andere risico’s.

      Als ze verzekerd waren, geef dan voor alle lopende verzekeringen op de dag van overlijden de volgende informatie:

      • naam en adres van de verzekeraar
      • datum en nummer van de polis
      • wat er precies verzekerd was en voor welk bedrag

      Bevestig ook uitdrukkelijk dat, voor zover u weet, de goederen niet nog door andere polissen verzekerd zijn.

      Het aan te geven actief

      De overledene was een inwoner van België (successierechten)

      Als de overledene een Belgische rijksinwoner was, moet u alle bezittingen aangeven: alle roerende en onroerende goederen in binnen- en buitenland.

      Ook sommige goederen die niet tot de nalatenschap van de overledene behoren, moet u aangeven:

      • Het kapitaal of de rente verkregen uit een door de overledene afgesloten levensverzekering
      • De roerende goederen die de overledene binnen de drie jaar voor het overlijden geschonken heeft in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest of binnen de vijf jaar voor het overlijden in het Waals Gewest en waarvoor geen schenkingsrecht geheven werd.

      Voor de roerende goederen moet u elk artikel nauwkeurig beschrijven en waarderen. Voorbeelden zijn:

      • bankrekeningen, kluizen …
      • liggende gelden, kasbons, aandelen …
      • auto’s, caravans, boten …
      • meubels
      • verzamelingen
      • persoonlijke voorwerpen

      Voor de onroerende goederen moet u de kadastrale aanduiding (afdeling, sectie en perceelnummer) van elke eigendom aangeven. 

      De overledene was geen inwoner van België (recht van overgang bij overlijden)

      Als de overledene geen Belgische rijksinwoner was, hoeft u alleen de onroerende goederen in België aan te geven. 

      Het passief (schulden, begrafeniskosten …)

      De overledene was een inwoner van België

      Als de overledene een Belgische rijksinwoner was, kunt u bepaalde kosten en schulden aftrekken van het belastbare actief. Bijvoorbeeld:

      • begrafeniskosten (doodskist, grafsteen, doodsbrieven, rouwmaal op de dag van de begrafenis …)
      • schulden van de overledene op het moment van overlijden (medische kosten van de laatste ziekte en facturen van telefoon, water, gas, elektriciteit, belastingen …)

      Ook successiebelasting die u in het buitenland op onroerende goederen betaalt, kunt u naargelang de situatie geheel of gedeeltelijk in mindering brengen van de te betalen successierechten in België.

      Voor elke schuld moet u naam en adres van de schuldeiser, de reden van de schuld en de datum van de akte (als er een bestaat) aangeven.

      U moet het bestaan en de omvang van de schuld kunnen bewijzen. De bewijsstukken moet u bij de aangifte van de nalatenschap voegen. Voor begrafeniskosten volstaan onkostennota’s en facturen als bewijs.

      De overledene was geen inwoner van België

      Als de overledene geen Belgische rijksinwoner was, kunt u volgende schulden in mindering brengen:

      • Brussels Hoofdstedelijk Gewest: alle schulden waarvan u bewijst dat ze zijn aangegaan om onroerende goederen te verwerven of te behouden (als de overledene binnen de Europese Economische Ruimte woonde of de zetel van vermogen er gevestigd was)
      • Waals Gewest: alle schulden die specifiek betrekking hebben op onroerende goederen in België
    4. Onderteken het formulier digitaal.

      U moet het pdf-formulier digitaal ondertekenen met uw eID, anders kunt u het formulier niet opsturen via MyMinfin. 

    5. Meld u aan bij MyMinfin.

      Meld u aan bij MyMinfin. Klik indien nodig nog op de onthaalpagina op het tabblad ‘Mijn interacties’ en open de rubriek ‘Een document indienen of antwoorden op een brief.’

    6. Selecteer dat u een ‘Aangifte van nalatenschap’ wilt indienen.

      Voor een aangifte van een rijksinwoner

      1. Kies de optie 'Ik beschik niet over een dienstcode'. 
      2. Kies in het keuzemenu voor een 'Aangifte nalatenschap overleden rijksinwoner'.
      3. Vul de postcode van de woonplaats van de overledene in (alleen voor Brussel of Wallonië).
      4. Kies of u de aangifte indient in eigen naam of in naam van iemand anders. Dat bepaalt waar het document nadien bewaard en raadpleegbaar blijft: bij de documenten in uw eigen MyMinfin of in die van de andere persoon.

      Voor een aangifte van een niet-rijksinwoner

      1. Kies de optie 'Ik beschik niet over een dienstcode'.
      2. Kies in het keuzemenu voor een ‘Aangifte overgang bij overlijden niet-rijksinwoner’.
      3. Vul de postcode van het onroerend goed met het hoogste kadastraal inkomen in (alleen voor Brussel of Wallonië).
      4. Kies of u de aangifte indient in eigen naam of in naam van iemand anders. Dat bepaalt waar het document nadien bewaard en raadpleegbaar blijft: bij de documenten in uw eigen MyMinfin of in die van de andere persoon.
    7. Voeg een pdf-kopie toe van de digitaal ondertekende aangifte van nalatenschap.

      U kunt één document opladen in pdf-formaat (aangifte met bijlagen samengevoegd tot één pdf). U moet het pdf-formulier digitaal ondertekenen met uw eID, anders kunt u het formulier niet opsturen via MyMinfin. 

      Als u samen met anderen een aangifte indient, moeten al die personen de aangifte dus digitaal ondertekenen.

    8. Stuur het aangifteformulier op.

      Klik op ‘Indienen’.

  • Via het tabblad 'Mijn documenten' vindt u (of de persoon voor wie u het document indiende) het aangifteformulier en de verzenddatum terug. U kunt het ingediende aangifteformulier ook altijd downloaden vanuit die lijst van documenten.

    Kunt u uw aangifte van nalatenschap niet online indienen via MyMinfin? U kunt uw aangifte ook per post opsturen naar de juiste dienst.

    • Hoe bepaal ik de waarde van de goederen uit de nalatenschap?

      U moet de verkoopwaarde op de dag van het overlijden aangeven.

      Meestal moeten de erfgenamen die waarde schatten. Maar specifiek voor onroerende goederen in België zijn er twee manieren om de waarde te bepalen:

      1. De erfgenamen maken zelf een schatting op basis van recente gegevens, zoals de verkoopprijs van vergelijkbare goederen in dezelfde omgeving. Als we vinden dat de schatting te laag is, laten we u weten wat onze schatting is.
      2. De erfgenamen laten de verkoopwaarde op hun kosten schatten door een of door drie deskundigen. Dat noemen we een voorafgaande schatting. De schatting van de deskundige(n) is bindend voor zowel de erfgenamen als voor de FOD Financiën. We kunnen dus geen hogere waarde opleggen aan goederen die op deze manier zijn geschat.

      Wilt u een voorafgaande schatting?

      Dan moet u die op tijd aanvragen: voor u de aangifte indient en voor de indieningstermijn is verstreken. Stuur een aangetekende brief naar de ontvanger van de juiste dienst van de FOD Financiën

    • Waar moet ik de aangifte van nalatenschap indienen van een rijksinwoner?

      Een rijksinwoner is iemand die hoofdzakelijk in België woont of zijn of haar zetel van vermogen hoofdzakelijk in België heeft. Dus iemand die zijn of haar laatste (werkelijke, effectieve en voortdurende) woonplaats in België heeft. De nationaliteit van de overledene en de plaats van overlijden doen er niet toe. 

      Meestal moet u dan aangifte indienen bij de dienst van de FOD Financiën die bevoegd is voor de plaats waar de overledene zijn laatste fiscale woonplaats had

      Als iemands fiscale woonplaats tijdens de laatste vijf jaar in verschillende gewesten lag, geldt de fiscale woonplaats van het gewest waarin ze tijdens die vijf jaar het langst hebben gewoond. U moet dan:

      1. bepalen in welk gewest de overledene het langst zijn fiscale woonplaats had in die vijf jaar,
      2. bepalen wat de laatste fiscale woonplaats was in dat gewest. U vindt de contactgegevens van de juiste dienst in onze kantorengids.

      Bijvoorbeeld

      De overledene had in de vijf jaar voor overlijden de volgende fiscale woonplaatsen:

      • twee jaar in Namen (Waals Gewest)
      • een jaar in Brussel (Brussels Hoofdstedelijk Gewest)
      • een jaar in Gembloux (Waals Gewest)
      • een jaar in Antwerpen (Vlaams Gewest)

      De overledene had in de laatste vijf jaar het langst een fiscale woonplaats in het Waals Gewest (twee jaar in Namen en een jaar in Gembloux). De aangifte moet dus ingediend worden bij de dienst bevoegd voor Gembloux (de laatste fiscale woonplaats in het Waals Gewest).

    • Waar moet ik de aangifte van nalatenschap indienen van iemand die niet in België woonde?

      Dat hangt af van waar de onroerende goederen in België liggen. Als u verschillende onroerende goederen erft die in verschillende gemeenten liggen, dan moet u de aangifte indienen bij de dienst die bevoegd is voor het onroerend goed met het hoogste kadastraal inkomen. U vindt de contactgegevens van de juiste dienst in onze kantorengids.

      Bij een niet-rijksinwoner zult u trouwens niet een ‘successierecht’ of ‘erfbelasting’ moeten betalen, we noemen de belasting dan wel het ‘recht van overgang bij overlijden’.

  • Termijn

    De termijn voor het indienen van de aangifte van nalatenschap begint op de dag van het overlijden zelf. Hoeveel tijd u hebt, hangt af van de plaats van het overlijden

    • Als de persoon in België is overleden, hebt u dag op dag vier maanden.
    • Bij een overlijden in een ander Europees land, hebt u dag op dag vijf maanden.
    • Bij een overlijden buiten Europa, hebt u dag op dag zes maanden.

    Als de laatste dag van die termijn in een weekend of op een feestdag valt, schuift de einddatum in uw voordeel op naar de eerstvolgende werkdag. 

    Als u de aangifte te laat indient, krijgt elke erfgenaam een boete van 25 euro per maand vertraging.

    • Kan ik uitstel krijgen voor de indiening van de aangifte van nalatenschap?

      Als u problemen hebt om de aangifte op tijd in te dienen, kunt u een verlenging vragen. Maar let op:

      U vindt de contactgegevens van de juiste dienst in onze kantorengids.
       

    • Moet ik bij ieder overlijden een aangifte van nalatenschap indienen?

      Het is verplicht om een aangifte van nalatenschap in te dienen. Maar in één bepaald geval stellen we ons soepeler op:

      • Het gaat om een nalatenschap van een inwoner van België (een rijksinwoner).
      • Die nalatenschap bevat geen onroerende goederen.
      • Er zijn geen successierechten verschuldigd.

      U moet ons dan om een vrijstelling vragen. U vindt de contactgegevens van de juiste dienst in onze kantorengids.

      Vermeld in uw bericht:

      • de gegevens van de overledene (voornaam, naam, geboortedatum, datum van overlijden)
      • een schatting van het actief (bankrekeningen, meubels, enzovoort) en passief van de nalatenschap (begrafeniskosten, laatste facturen, enzovoort)
      • uw postadres

      Nadat we uw aanvraag hebben onderzocht, laten we u weten of u een vrijstelling krijgt.